Om deze vraag alvast een beetje te couperen volgt nog een blog.
Ik wil eerst graag een ongelooflijk misverstand uit de wereld helpen.
Chinees eten bestaat niet. Net zoals er geen Europese keuken is, maar wel Italiaans of Belgisch, heb je hier Yunnanees, Sichuanees of Shanghainese keuken. En die zijn in de verste verte niet te vergelijken (op de rijst na misschien). De afhaalchinezen in ons land doen in mijn ogen hun eigen keuken dus echt wel geweld aan, alleen al door zichzelf Chinese restaurants te noemen. Verder hebben we hier ook nergens bami of nasi gezien. Heel snel zal je mij in zo'n afhaalding alvast niet meer terug zien.
We kunnen hier dus heerlijk en oneindig op
restaurant gaan en dat doen we ook. Op reis en in het weekend sowieso en stiekem durven we ook in de week al eens ons appartementje te ruilen voor een of ander eettentje dat we vinden in onze reisgids. Gezellig, denken jullie. Neen dat is het niet, onder gezellig verstaan Chinezen meestal met zoveel mogelijk mensen samenzijn. Dus de populaire restaurants zitten dan ook propvol en de tafeltjes staan erg dicht bij elkaar. De restaurants die echt goed scoren hebben steevast een hele wachtrij aan de ingang staan, daar krijgt je een nummertje en kan je alvast het menu bekijken tot er een tafeltje vrij is. Of je laat je gsm-nummer achter en gaat nog wat shoppen, want het lijkt misschien gek, maar de beste restaurants vind je hier in de shopping malls, op de bovenste verdiepingen. Wat het hele gebeuren ook zo leuk maakt is dat iedereen altijd alles deelt, niet elk een bord en zo kan je veel meer proeven. Ben je met een grote groep, dan zijn er zelfs speciale tafels met een draaiende plaat, zodat iedereen zeker alles kan proberen.
De Lonely Planet mogen we in elk geval aanprijzen, hij wijst ons steeds naar de restaurants met menu's in het Engels of met foto's, want zonder dat zijn we hopeloos verloren. Het engels van de obers rijkt namelijk niet veel verder dan 'Hello' en 'Thank you'. Nu ja, wij komen ook niet veel verder dan 'Ni hao' en 'Maidan', dus veel hebben we niet te zeggen.
We hebben er alvast zo hard van genoten dat we besloten hebben om onze laatste week een "best of" te doen. We laten jullie mee genieten.
Maandag: het restaurant van de eerste dag, toen we enorm verbaasd werden met heerlijke rijstcakes, spring rolls (loempiaatjes) en wonton soup (soep met kleine dumplings).
Dinsdag: Hot pot. De Chinese fondue. We gaan voor de Mongolische versie, want die is niet te pikant. Je krijgt een kom bouillon op een vuurtje aan je tafel en daarin moet je dan zelf fijngesneden vleesjes, vis en groenten garen. Met een heerlijk sausje erbij dat je zelf samenstelt. Een beetje knoeien met de stokjes, maar het loont!
Woensdag: Dumplings. Zoals ravioli, maar dan groter en met oneindig variërende vullingen en soms zelfs gekleurd deeg. Dit eten ze hier als er iemand jarig is bijvoorbeeld, of gewoon elke zondag.
Donderdag: Sushi. OK, de aandachtige lezer heeft gelijk. Dit is geen Chinees. Maar de sushi is hier zo goedkoop tegenover thuis én zo lekker dat we het toch niet kunnen laten.
Vrijdag: Beijing duck. Als we één keer echt stil waren omdat er geen woorden waren om te beschrijven hoe lekker het eten was, dan was het wel toen we de echte Pekinese specialiteit konden proberen. Krokant gebakken vel van de eend met daaronder heerlijk zacht zoet vlees in een flinterdun pannenkoekje met komkommertjes. Onmogelijk om na te doen thuis, dus zullen we vlak voor we het vliegtuig op springen ons nog een laatste keer tegoed doen aan dit overheerlijk gerecht. Alleen al hiervoor zou ik het vliegtuig nog eens terugnemen.
Wie nu denkt, amai dat klinkt goed, ze hebben het daar goed gehad: we zijn nog niet klaar.
Naast restaurants zijn er hier nog veel meer mogelijkheden om goed te eten.
's Middags eten we in
het ziekenhuis. De eerste keer was vreselijk, al het personeel loopt door elkaar en wij maar proberen kijken wat ze serveren en ook iets te pakken krijgen om op onze plateau te kwakken. In tegenstelling tot in Gent (of nog erger, Ieper) is ook hier de keuze enorm: allerlei soorten vlees, vis, tofu, groenten, fruit, yoghurt, dumplings, noedels, soep; uiteraard steeds met rijst. Ondertussen kennen we de weg en is het echt genieten van elke dag iets anders. Ik mijd alles wat rode puntjes bevat en vlees met teveel botten aan en maak zo slechts zelden de verkeerde keuze (één keer meloen met garnalen, dat was iets minder, ik had de garnalen niet gezien).
Dat brengt mij erbij dat ze hier een totaal andere perceptie hebben van
zoet en zout. Wij eten steeds zout of zoet. Hoofdgerecht is zout, dessert is zoet. Hier hebben ze geen gangen, alles gaat gewoon allemaal samen op tafel en er is dus ook geen zoet of zout. In bijna alle gerechten zit wel een beetje suiker, soms een beetje te veel naar onze zin. En als ze dan eens iets zoet maken (zoals een goede boterkoek), dan doen ze er weer te weinig in.
Tenslotte nog een woordje over
'street food'. Zoals je hier alles wat je nodig hebt overal kan kopen, van kleren tot bloemen tot kranten, fietsen en elektronica geldt dit ook voor eten. Echt, honger is onmogelijk. Zoete patatten, gepofte kastanjes, popcorn, worstjes en yoghurt zijn er voor een kleine honger. Maar we zijn ook al expert in het samenstellen van een hele maaltijd op straat. Zo maken ze gevulde pannenkoeken, tofoe, gebakken patatjes allemaal aan de uitgang van ons metrostation. Maar het beste is de "plamuurmessenbakker". Op de achterkant van een motorfiets heeft hij een bakplaat en een heel arsenaal aan plastic zakjes gevuld met groeten, vlees, vis, aardappelen, allemaal op satéstokjes geprikt. Je kies een aantal stokjes eruit en dan bakt de man ze op zijn bakplaat, met zijn plamuurmes als spatel. Heerlijk (simpel)!
Te vermelden waard is dat er ook een
supermarkt is. Lijkt sterk op die van bij ons, maar met heel schreeuwerige reclame waar we een beetje gek van worden. In het begin hebben we geprobeerd om zelf wat te koken, slaatjes enzo met een boterham voor 's avonds. Maar al snel zijn we van de toastbroodmaaltijden afgestapt, brood genoeg in België en er valt hier zoveel meer te beleven.
Ik zou nog zoveel willen schrijven over Zhaohui, die ons heeft leren koken en gisteren hebben we vol-au-vent met puree gemaakt voor onze twee Chinese vriendinnen. En dan nog de kookles, waar ik geleerd heb om 'pulled noodles' zelf te maken. En over de bakkers die proberen om zo westers mogelijk brood te maken, maar zelden slagen. En de KFC, Starbucks en de McDonalds. En de schorpioenen, spinnen, teelballen en darmen van op een andere markt. Maar ik heb ondertussen een hongertje gekregen van al het schrijven, dus zal ik het jullie thuis in real life moeten vertellen.
We mogen dan in 1001 dingen verschillen, de Chinezen en de Belgen. Eén ding hebben we 100% zeker gemeen, dat is dat we verdomd graag eten. Wat een chance.